Dit is mijn vader. 89 jaar oud. Onverwoestbaar, de rust zelve, klaagt nooit. Niet moe te krijgen. God moet al lang voor de Duracell batterij werd uitgevonden een veel betere hebben bedacht. En die heeft ie in mijn vader gestopt. Problemen zijn er alleen maar om opgelost te worden. En problemen oplossen vindt ie leuk. Had ik daar maar iets van. Ik schrik me altijd te pletter bij problemen, meteen hakken in het zand, je weet wel. Niet mijn vader. ‘Laten we er eens rustig naar kijken jongen”.
Pa werkt natuurlijk al lang niet meer maar geld is nog steeds heel belangrijk. De herinneringen aan de armoede van vroeger, koude winters, stro in de klompen en kranten onder de jas. En natuurlijk de oorlog. De moeite die zijn ouders hadden om het gezin met 6 kinderen te voeden en te scholen. Allemaal belangrijke drijfveren om goed te leren, een goede baan te vinden, zodat wij, zijn vrouw, mijn zus en ik, die armoede niet zouden hoeven kennen.
Toch wordt ook hij ouder. Toch blijkt ook hij van het vergankelijke soort. Toch zal ook hij ooit afscheid gaan nemen. Je kunt het al een beetje zien. Kleine scheurtjes waar het licht doorheen komt (dank Leonard Cohen!), vlekjes in het gezicht, de groeven. Ogen die al een heel leven hebben gezien. Mijn vader.